Tradities, gewoontes en jargon
Iedereen kent het wel, de tradities van scouting. ook bij Tarcisius hebben wij dit natuurlijk. De scoutfit, het hijsen van de vlag, installeren en de verschillende yells (kreten) bij bijvoorbeeld het openen en sluiten.
Er zijn veel tradities zoals de startactiviteit, de boerenkoolfuif, de Pieperdag, het overvliegen. Al deze gebruiken hebben een bepaalde betekenis en horen bij Scouting. De gebruiken samen vormen een geheel, ze kunnen niet los van elkaar worden gezien. Ze horen bij elkaar en vullen elkaar aan. Net als iedere Scoutinggroep hechten we waarde aan deze gebruiken, maar we interpreteren ze wel op een moderne manier.
Scoutfit
Er zijn meerdere redenen voor het dragen van een scoutfit. Ten eerste zorgt de scoutfit voor uniformiteit en herkenbaarheid. Door het dragen van de scoutfit zijn scouts direct herkenbaar als lid van Scouting Nederland. Dit kan handig zijn tijdens evenementen of activiteiten waar meerdere groepen bij elkaar komen.
Ten tweede symboliseert de scoutfit de waarden en tradities van Scouting. Het uniform is een teken van verbondenheid met de wereldwijde scoutingbeweging en herinnert aan de oorsprong en geschiedenis van Scouting. De insignes op de scoutfit geven aan in welke speltak de scout actief is en welke speciale functies hij of zij eventueel bekleedt.
Ten derde draagt de scoutfit bij aan het groepsgevoel en de saamhorigheid binnen Tarcisius. Door het dragen van dezelfde kleding ontstaat er een gevoel van gelijkheid en verbondenheid tussen de leden van de groep, ongeacht leeftijd, achtergrond of andere verschillen.
Kortom, het dragen van een scoutfit heeft verschillende symbolische en praktische functies binnen Scouting, en draagt bij aan het gevoel van verbondenheid en uniformiteit binnen de scoutingbeweging.
Openen en sluiten
Aan het begin van een opkomst wordt er officieel geopend. Na afloop wordt er ook gesloten. Iedere leeftijdsgroep doet dit op een eigen manier. De bevers zingen een lied, de welpen en scouts hijsen de vlag en roepen een yell. Het openen en sluiten geeft een symbolische grens weer: de grens waar het Scoutingspel begint eindigt.
Installeren
Je hebt een paar keer meegekeken en gespeeld bij een speltak en je besluit dat Scouting écht iets voor jou is. Je wordt lid van de Scouting Tarcisius Ede, wat betekent dat je geïnstalleerd zult worden als scout. Bij de installatie moet je iets beloven. De scout belooft zijn best te gaan doen voor de groep, iedereen te helpen en plezier te hebben in het Scoutingspel. Als de belofte is uitgesproken krijg je dan eindelijk de tekens voor op je Scoutfit en ten slotte wordt de groepsdas omgedaan. Vanaf de installatie hoor je echt bij de groep!
De tradities
De startactiviteit
De startactiviteit is een jaarlijks terugkerend evenement bij veel scoutinggroepen in Nederland. Het is een gezamenlijke activiteit waarmee het scoutingseizoen wordt geopend en waarbij alle leden van de groep aanwezig zijn.
De startactiviteit heeft vaak een feestelijk karakter en is gericht op het bevorderen van de onderlinge band tussen de leden van de groep. Tijdens de startactiviteit worden bijvoorbeeld er vaak spellen en activiteiten georganiseerd die de samenwerking tussen de verschillende speltakken bevorderen. De dag word daarna afgesloten met de boerenkoolfuif.
De Boerenkoolfuif
De Boerenkoolfuif is een traditioneel evenement dat jaarlijks wordt georganiseerd door diverse scoutinggroepen in Nederland. Het is een gezellige maaltijd na de eerste opkomst van het nieuwe kalenderjaar waarbij boerenkool met worst wordt geserveerd. De Boerenkoolfuif is bedoelt voor scoutingleden en oud-leden om het nieuwe jaar gezellig te starten. Het evenement heeft een lange traditie in de Nederlandse scoutinggemeenschap en draagt bij aan de saamhorigheid tussen de verschillende speltakken.
Overvliegen
Overvliegen is een jaarlijks terugkerende ceremonie bij Scouting , waarbij leden die overgaan naar een volgende leeftijdsgroep symbolisch ‘overvliegen’ van de ene speltak naar de andere. Bij Tarcisius zijn er verschillende speltakken, ingedeeld op basis van leeftijd en ontwikkelingsfase, zoals de Bevers (5-7 jaar), Welpen (7-11 jaar), Scouts (11-15 jaar) en Explorers (15-18 jaar).
Tijdens het overvliegen maken de leden een bijzondere en vaak spannende overgang van de ene speltak naar de andere. Dit kan bijvoorbeeld door middel van een hindernisbaan of een touwbrug, waarbij de leden van de ene speltak naar de andere gaan. Bij het overvliegen wordt vaak gebruik gemaakt van symbolen en rituelen, zoals het overdragen van de das, om de overgang te markeren.
Overvliegen heeft verschillende doelen. Ten eerste biedt het de leden een leuke en spannende ervaring, waarbij ze samenwerken en zichzelf overwinnen. Daarnaast bevordert het overvliegen de saamhorigheid binnen de scoutsgroep, doordat de leden samen een bijzondere gebeurtenis meemaken. Tot slot geeft het overvliegen naar een oudere groep de leden de mogelijkheid om te groeien en nieuwe uitdagingen aan te gaan, passend bij hun leeftijd en ontwikkeling.
Volg ons ook op